EVEN VOORGLOEIEN...
EVEN VOORGLOEIEN...
Unlimited 2.2 MultiJet
Sportief
In tijden van zero-emission compacte SUV’s kunnen we de doelgerichte off-roaders op onze markt op één hand tellen. Daarbij is één van de vingers voorbehouden aan de Jeep Wrangler, en dat blijft nog even zo. Wij gingen op pad—en ernaast—met de nieuwe Wranger 2.2 diesel.
1
DESIGN
Jawel: de Jeep Wrangler zit volledig in het nieuw, al zou je dat niet meteen zeggen. Neem een paar stappen naar achter en je zou naar het origineel uit 1986 kunnen staan kijken. Dat hebben de ontwerpers bewust gedaan: hoewel elk paneel aan de Wrangler nieuw is behoudt hij zijn iconische vorm, evenals zijn architectuur op basis van een ladderchassis. De lolbroeken bij Jeep hebben zelfs overal kleine Willys Jeep-icoontjes verborgen als referentie naar zijn lange geschiedenis. De Jeep krijgt dus wel moderne LED-verlichting mee maar los daarvan is de carrosserie moeilijk te dateren. Al kan je het nog moeilijker maken: zowat de helft van de panelen—van de deuren tot het dak—kunnen verwijderd worden en dan weet je al helemaal niet meer waar je naar kijkt. Binnenin de Wrangler is het echter een ander verhaal. Ook daar is alles vernieuwd maar dat is er weldegelijk aan te zien. Het interieur is opgebouwd uit verrassend degelijke materialen en geeft een stevige, slijtvaste indruk. Midden in het dashboard—dat in de hogere uitrustingsniveaus met leer bekleed is—vinden we een relatief groot aanraakscherm. Er blijft echter een primitief sausje over de cabine liggen met al die onbeklede panelen en de zichtbare rolkooi.
2
RIJGEDRAG
Dat de Jeep Wrangler een geval apart is, dat merk je maar al te goed wanneer je ermee op weg bent. In de stad is hij groot en lomp om mee te manoeuvreren en op de snelweg stuurt hij zoekerig en gevoelloos. De hele ervaring heeft veel weg van het rijden met een auto uit de jaren ’60: charmant is het allemaal wel, zolang er geen zijwind staat. Het moet wel gezegd dat de wegligging van deze nieuwe Wrangler er flink op vooruit gegaan is in vergelijking met zijn voorganger. Snelwegen en steden zouden we natuurlijk niet tot de natuurlijke habitat van deze terreinwagen mogen rekenen. Hij is in de eerste plaats gemaakt met zand, rotsen en modder in het achterhoofd en daar is hij dan ook onklopbaar. De Wrangler komt standaard met een selecteerbare vierwielaandrijving en de ruigste “Rubicon”-versie krijgt vergrendelbare differentiëlen en loskoppelbare stabilisatorstangen. Onze “Overland”-uitvoering mocht dan meer op luxe gericht zijn, hij stond nog steeds zijn mannetje wanneer we hem door een flinke modderpoel joegen. De Wrangler is voorlopig verkrijgbaar met 2 motoren: een 2.0-liter viercilinder benzinemotor met 272 pk en een 2.2-liter viercilinder dieselmotor met 200 pk. De overbrenging gebeurt standaard langs een achttrapsautomaat en je mag voor de gelegenheid zelf kiezen naar welke wielen die het vermogen brengt. Ons exemplaar kreeg de 2.2-liter MultiJet dieselmotor mee en die bleek met zijn 450 Nm aan koppel meer dan sterk genoeg, al is hij met een testverbruik van 9,5 l/100km niet bepaald zuinig. Zij die hun Wrangler toch een tintje groener willen moeten nog even geduld oefenen want binnenkort komt er een plug-inhybride bij.
3
GEBRUIK
Die Amerikaanse buitenmaten hebben natuurlijk ook hun voordeel: lekker veel ruimte. De koffer meet met de achterste zitrij rechtop nog steeds 533 liter, en met de zetels plat wordt dat zelfs 1008 liter. Daarnaast is de opening van de achterklep ook gemakkelijk vierkant—wat ook maar logisch is gezien de vorm van de rest van de auto. De 3-deursversie biedt natuurlijk minder ruimte: slechts 192 liter met de achterbank rechtop. Ook de inzittenden hebben het niet slecht. Het moeilijkste is instappen, want gezien de grote bodemvrijheid is het even klimmen. Eens je binnen bent vind je wel gemakkelijk de juiste zithouding, zowel voor- als achterin. De Wrangler biedt ook verrassend veel beenruimte voor de passagiers, al moeten die wel opletten dat ze hun hoofd niet stoten aan de rolkooi. Van zo’n old-school terreinwagen zou je misschien niet verwachten dat er veel aandacht besteed werd aan technologie, maar dat blijkt toch mee te vallen. De Wrangler krijgt standaard een 7-inch aanraakscherm met het UConnect-infotainmentsysteem, uit te breiden naar een exemplaar van 8,4 duim. Die interface werkt best gebruiksvriendelijk en komt met Android Auto en Apple CarPlay indien je toch liever je smartphone verbindt. Optioneel kan je adaptieve cruise control en een noodremfunctie bijbestellen maar lane keep assist is jammer genoeg niet verkrijgbaar.
4
KOSTEN
Een nieuwe Wrangler kost je minimaal 48.050 euro. Daarvoor haal je dan een witte 3-deursversie met een stoffen tentdakje in huis. De diesel- en benzinemotorisaties kosten daarbij exact even veel. Voor een 5-deurs, de zogenaamde “Unlimited”, betaal je minstens 51.900 euro maar dan krijg je natuurlijk een kleine zee aan ruimte extra. De standaardversie krijgt een aantal basisvoorzieningen mee zoals parkeersensoren achteraan, keyless go en het 7-inch multimediadisplay maar voor heel wat uitrusting moet je bijbetalen. Zo kan je geen lederen bekleding, navigatie of sperdifferentiëlen krijgen op de basisversie. Ook voor de hardtop betaal je een meerprijs, en die zal je in ons klimaat waarschijnlijk niet kunnen missen. Reken dus op een kleine 65.000 euro voor een goed aangeklede Wrangler Unlimited.
5
CONCLUSIE
De nieuwe Jeep Wrangler is—nog steeds—geen voor de hand liggend apparaat om als auto te gebruiken. Dat verwacht je echter wel wanneer je een terreinwagen in huis haalt, net zoals je buurman af en toe wel eens een natte broek verwachtte wanneer hij zijn motorfiets kocht. De Wrangler zit dan ook in dezelfde categorie als motorfietsen, roadsters of zelfs parapentes: je koopt hem niet gewoon als vervoersmiddel maar ook als lifestyle-object. En daar wil je dan wel wat voor toegeven.
Publicatie: 16/12/2020
Tekst: Joram Van Acker
Media: Bram Billiet
